XX

XX
fernand léger - city - 1919

donderdag 4 september 2014

een mens wil zijn hart wel eens luchten/ chees chess, my buts do choke the quail

oche uche ach
//zonder nu direct aan te willen dringen op veel duidelijkheid, dat is bepaald niet wat ik wil entameren als in ons belang en in het bel;ang van die mensen waar ik voor mag zorgen, zou het voor zover het mijn overwegingen actueel zijn toch wenselijk zijn wanneer ik me eens van mijn goede kant laat zien en aanreik dat ik van alle kuiperijen toch niet de minste schade heb geleden en feitelijk van het feest dat mijn leven heeft behelst toch ook grotelijks heb genoten, lekker puh voor ieder die er anders over heeft gedacht//




//waar ik ff bij stil wil staan zijn de toestanden die we nu weer aan onze fiets blijken te hebben, een soort oorlogsdreiging die zo krom is als een hoepel en de bijverdiensten van menig arbeider in het veld van politiek, wetenschap en militaire zaken, het is niet zozeer in persoonlijk voordeel dat mijn motivatie daartoe leidt maar meer met betrekking tot de voordelen voor ons land en mijn betrekkelijkheid in deze, ik heb geconstateerd dat ik zo geil als boter ben wat wijst op winstbejag van de zijde van de politieke eenheid die meent dat zij Europa is, ik bedoel niet de marges in het overleg waarin ik mij beweeg maar de centraliteit van een gegeven part dat luidt: met het instellen van parlementaire bevoegdheden voor een zogeheten politieke eenheid in Europa is de autonomie van de nationale democratieën min of meer vervallen, het spreekwoord in ons land zegt luid en duidelijk: daarvoor willen wij boter bij de vis.



Het moge evenwel geen twijfel lijden dat indien de zeer geëerde partners in hun verdienstelijk aanbod iets te doen aan de ontstemde wrevel die uit deze woorden blijkt in hun voordeel zouden begrijpen dat het land waar deze boter is te halen dat land is van het overleg ter zake de Nederlanden juist zoals ik zeg, een staat valt niet te maken op een natie die blijft zitten met een overschot in de traditionele productielijn: mijne dames en heren, in ons land is reeds sedert eeuwen sprake van een boterberg, wij willen deze roomboter niet in de canaux laten verdwijnen en Uw canaille wenst wellicht ook boter op zijn brood, wat let U indien U van mijn canard de boter kopen gaat dan zorgen wij wel voor die zo bekende vis.